Douglas Eigenschappen

Herkomst

De herkomst van deze exotische naaldhoutsoort is oorspronkelijk afkomstig uit zijn groeigebied in Canada (British Columbia) onder de naam Oregon fir / pine. De boom is in de jaren ’40-’50 na Tweede Wereld oorlog verspreid over Europa door onze bevrijders uit west Noord-Amerika en ook aangeplant in Nieuw-Zeeland, Australië, Argentinië en Chili (Pino Oregón). In 1826 vernoemd naar de botanicus David Douglas, die het zaad van de boom liet onderzoeken en kweken in Schotland. Zoals op de afbeelding te zien is, is de stam opgebouwd uit verschillende lagen. Voor toepassingen wordt alleen het kernhout gebruikt, dat komt omdat de buitenzijde van de stam waaronder het spint en cambium gevoelig is voor houtrot wanneer het niet meer beschermt wordt door de bast en het schors. Bij het zagen van vierkante palen word er zoveel mogelijk geprobeerd om de zaag in het midden te centreren, dit heet in de houtbranche ‘gesloten hart’. Wanneer het hart en merg mooi in het midden van een paal zitten dan is de paal vele malen stabieler en ook scheurt hij minder snel. De boom wordt 500 – 1000 jaar oud.

Boombeschrijving

De kegelvormige stam word in Europa gemiddeld 50 meter lang, in Amerika zie je ze tot wel 100 meter hoog. De dikte van is meestal tussen de 1 en 2 meter doorsnee, en hele grote worden maximaal 4,5 meter. In Nederland heeft de boom vaste voet aan de grond gekregen tussen 1975 en 1999, alleen worden de bomen hier minder groot vanwege de grondsoort waar ze op groeien. In Frankrijk worden ze een beetje groter door de positievere invloed van weersomstandigheden, het is er warmer door de hogere temperatuur. En in Noord-Amerika worden ze het grootst, de boomwortels van het hoofdwortelstelsel krijgen daar de beste voeding. De boom groeit goed op zonnige plaatsen in een dennenbos met een klein beetje schaduw op een vochtige kleigrond met een pH-waarde 5-6 (zuurgraad van de grond). Kleine jonge bomen hebben wanneer ze gezaagd worden veel noesten en kwasten onder hun grijs-groen gekleurde schors zitten. In bossen waar ze pas gekapt worden wanneer ze oud zijn groeit het takrijke gedeelte naar de top, zodat de onderstam (gemiddeld 20 meter lang) mooi rechtdradig en kwastvrij hout krijgt onder het kurkachtige rood-bruine gekleurde schors. Op de ronde twijgjes staan twee rijen naalden (bladeren) van 2-4 centimeter lang dicht bij elkaar. De naalden ruiken heerlijk en hebben een sinaasappelachtige geur. Er wordt van de naalden medicinale dennenthee, etherische olie en eau de vie, gedistilleerde drank gemaakt. De boom bloeit in april met gele (mannelijk) en rood-roze (vrouwelijk) bloemen van wel 18 centimeter lang. Ze hangen aan de onderkant van het einde van de tak om hun stuifmeel te verspreiden, als ze dat gedaan hebben stoppen ze met bloeien.

Kleur

Wanneer het hout vers gezaagd is heeft het een lichte kleur die een beetje geelbruin is en naarmate er meer zonlicht op komt verkleurt het naar oranjeachtig geelbruin. Wanneer jonge bomen heel snel groeien krijgen ze vaak een meer roodachtige kleur (Red Fir) dan geel (Yellow Fir). De kleur word bepaald door het groeigebied zoals bergen (Rocky Mountains in Colorado) of gebieden aan de kust. Hout dat op de Nederlandse markt verkocht word komt vaak uit kustgebieden. Wanneer hout met een dosse zaagtechniek word gezaagd krijgt het hout een prachtige vlamtekening. Bij kwartiers gezaagd hout krijgt het een streeptekening omdat de groeiringen een contrast tonen tussen het oude en jonge kernhout. De kleur en nerf van Amerikaanse aanplant (second growth forest) lijkt erg op de hedendaagse Europese bossen. Bomen die in Nederland en Duitsland zijn geplant hebben een grove nerf structuur en brede jaarringen, dat maakt de celverdeling sterk maar minder mooi dan de Franse en Belgische variant.

Naaldboom

De douglasspar is een boom uit de dennenfamilie, afkomstig van de Pseudotsuga menziesii Mirb. (Latijnse botanische naam) Franco (P. taxifolia Britt.), afstammeling van de geslachtssoort Pinaceae. De specifieke naam ‘Menziesii’ eert Archibald Menzies. Archibald Menzies is een Schotse arts en de rivaal-naturalist van David Douglas). Hij heeft deze naaldboom voor het eerst gedocumenteerd op Vancouver Island, British Columbia, Canada in 1791. Vallend onder de zaadplant klasse Spermatopsida en de coniferen orde Coniferales (Pinales), verwant aan het Tsuga geslacht. Grote ronde hoofdtakken staan horizontaal recht voorruit en de zijtakken hangen een beetje. De knoppen op de takken zijn mooi slank, spits puntig, lichtbruin gekleurd en hebben een eivorm. De boom heeft winterknoppen (Fanerofyt) en kegelvormige rood-bruin gekleurde vruchten van 5-15 centimeter lang met schubben die zaden hebben en wel 5 jaar kunnen overleven voordat ze schieten. Vogels, muizen en eekhoorns eten de zaden graag, beren houden van het zoete boomsap.

Sterkteklasse

Nederlandse kwaliteit is volgens NEN 5498 ingedeeld in drie verschillende sterkteklasse:
– K17 (kwaliteitsklasse C, KVH 2000).
– K22 (kwaliteitsklasse A/B, KVH 2000).
– K33 (kwaliteitsklasse A).
Douglasie (Duitsland) is vastgesteld op: C18 en Oregon pine (Frankrijk) op: C24/22 (hoogste klasse).

Duurzaamheid

Het hout hoeft niet behandeld te worden maar het beschermd het oppervlakte wel beter waardoor de levensduur verlengd word. Onbehandeld en niet verduurzaamd is de duurzaamheidsklasse 3 (boven de grond gemeten). Dit staat gelijk aan een levensduur van circa 15 jaar (met uitzondering van krachtige weersinvloeden). Kunnen Douglas palen in de grond worden geplaatst? Ja, palen kunnen rechtstreeks in de grond worden gezet maar het is beter om dat niet te doen. Het beste is om ze op een betonpoer te monteren. Wanneer de de paal boven het lucht-grond contact zit kan hij niet rotten. Het gedeelte hout dat net uit de grond steekt is het meest kwetsbaar voor weersinvloeden. Wanneer er geen poer gebruikt kan worden, bescherm de paal dan met een natuurvriendelijk teerproduct. Spint is circa 45 millimeter dik bij oude bomen, jonge bomen hebben ongeveer 75 millimeter dik spint. Hout dat met spint verkocht word is niet geschikt voor tuin en buitentoepassingen omdat het erg snel gaat rotten doordat het snel verweerd, zon, regen en dergelijke maken het witte spint zacht en poreus. Het hoge harsgehalte maakt het hout erg duurzaam en weerbestendig. Spint is gevoelig voor schimmel. De blauwschimmel ontstaat door micro-organismen die zich voeden aan de suikers in het hout. Bij regenwater kan er overdracht plaatsvinden tussen planken wanneer zij tegen elkaar zitten. Een speciale anti-schimmel behandeling (impregnering) en drogen van het hout weert blauwschimmel af. Het is goed bestand is tegen zuren daarom wordt het ook in de chemische industrie gebruikt. Het is een houtsoort die veel verhandeld wordt en niet voorkomt op CITES lijst, leverbaar met FSC® en PEFC keurmerk.

Gewicht

Vers fijnbezaagd circa 640 kilo p/m3. Wanneer het gedroogd is ongeveer 550 kilo per kubieke meter. De Europese variant is zwaar dan het origineel. Afhankelijk van het groeigebied zoals in de bergen of aan de kust ontstaan verschillen in volumieke massa, deze kan erg veel verschillen.

Structuur

De nerf is fijn en de draad loopt vrij recht, maar toont soms ook een spiraalvormige groei en golvende draad.

Bewerking

Het is goed te bewerken met elektrisch handgereedschap omdat het relatief een vrij zachte houtsoort is. Voorboren wordt geadviseerd omdat het vanwege zijn hardheid anders kan splijten. Buigen van het hout gaat niet en lijmen alleen wanneer het echt goed droog is en een laag vochtigheidspercentage heeft. Het is aan te raden om dit met een vochtmeter te controleren.

Werken

Het is een rustige houtsoort die niet veel vervormt, scheurt of snel zal kromtrekken. Knoesten en kwasten kunnen naarmate het hout droger word wel losgaan zitten of splijten. In dosse gezaagd hout kunnen kleine haarscheurtjes komen wanneer het droogt.

Behandeling

Houdt er rekening mee dat het hout harshoudend is, waardoor er soms kleine vlek en streepjes te zien zijn die glanzen wanneer het gebeitst is. Advies is om het oppervlak stof- en vetvrij te maken voordat het behandeld word met een beitslaag of verduurzamingsproduct zoals impregneermiddel. Gevulde harszakjes die nog niet uitgedroogd zijn en er uitzweten doordat zij naar de oppervlakte komen kunnen er voor zorgen dat beits loslaat of gaat verkleuren. Bij een zwarte verflaag is er dan een witkleurige vlek te zien. Bij geimpregneerde planken is dit probleem minder aan de orde omdat het geen laag is die op het hout zit, maar er in gespoten zit dus deze kan niet loslaten. Zwart gekleurde Zweeds rabat planken tonen een erg mooi kleur contrast naast onbehandeld hout.

Toepassingen

In de bouwconstructies kan het zowel voor binnen- als buitenwerk gemonteerd worden. Voorbeelden van toepassingen zijn ramen, kozijnen en deuren. Maar ook vloeren en binnen- en buitenbetimmeringen zoals houtconstructies voor overkappingen. Het is een populaire houtsoort voor tuinhout toepassingen zoals schuttingen, vlonders, pergola’s en hekken. Zwaar balkhout is ideaal geschikt voor zware dragende bouwwerken zoals de binten en gordingen in spantconstructies. Daarnaast is het zo veelzijdig dat het ook gebruikt word als ladder, handvatten voor tuingereedschap, scheepsmast, kano (Hawaï), triplex (plywood) en fineer. En de top van de boom als kerstboom met Kerstmis.

Kwaliteitsnormering

In de Kwaliteitseisen voor Hout (KVH 1980) staat in 1988 NEN 5468 beschreven en in 1989 NEN 5470, ook genoemd in de KVT’95, Kozijnen en gevelelementen kunnen met KOMO-productcertificaat worden geproduceerd.
Beoordelingsrichtlijnen:
– BRL 0601 Houtverduurzaming onder vacuüm en druk. Betreft de mate van impregneerbaarheid van de houtsoort.
– BRL 2301 Naaldhout.
– BRL 2351 Mestbassins van hout.
– BRL 2905 Gezaagd Europees naaldhout voor waterbouwkundige toepassingen.
– BRL 9021 Houten buitenbergingen.

Blauwschimmel

Blauwschimmel herken je aan zijn donker blauw / zwarte kleur met zwart gespikkelde puntjes. Wanneer het eenmaal op een plaats in het hout zit gaat het zich verder verspreiden. Het verspreid zich graag langs de zijkant van het hout en stukken waar spint zit. Spint hout is lichter van kleur (wit/bleek) en heeft een zachte open structuur waardoor de schimmel zich makkelijker kan verspreiden omdat het hout niet zo dicht (hard) is. Douglas hout is erg gevoelig voor Blauwschimmel. Het is daarom belangrijk dat wanneer je ergens hout koopt, zoals bij een houthandel dat je vraagt of het behandeld is tegen dit probleem. Er is namelijk een speciale impregnering voor die het hout beschermd. Ons Douglas hout is standaard geimpregneerd tegen Blauwschimmel. Houtrot ontstaat door schimmels die de opbouwstoffen van hout (cellulose en lignine) afbreken en opnemen. Het hout verliest daardoor zijn gewicht en sterkte. Vooralsnog wordt Blauwschimmel als een oppervlakte schimmel gezien die alleen visuele schade aanricht en geen interne houtrot, maar heel goed voor het hout is het natuurlijk niet, voorkomen is beter dan genezen. De schimmels eten graag suikers, deze suikers zitten in de vaten van de cellen van het hout waar de sapstromen (het ‘bloed’ en ‘aders’) doorheen stromen. Nu de boom niet meer leeft zou je zeggen dat de sapstromen niet meer circuleren maar niets is minder waar; regenwater heeft die taak overgenomen en verspreid de schimmel. Dus de ene plank steekt de andere aan zoals bij een domino-effect. Hoe ontstaat Blauwschimmel? Wanneer hout te nat gezaagd wordt bij een zagerij en daarnaast ook nog eens niet goed beschermd word tegen vocht en regenwater. Dit kan ontstaan doordat het hout in een natte afgesloten en/of niet goed geventileerde omgeving staat. In de houtbranche wordt er dan ook over gesproken als zijnde; “het ‘weer’ is in het hout gekomen”. Gevaar voor houtrot geldt bij vochtgehalten dat langdurig hoger is dan 20 % (m/m). Wanneer de schimmel eenmaal in het hout zit is het haast onmogelijk om deze er nog uit te krijgen. Koop dus alleen Douglas hout bij een gerenommeerde houthandel, en let goed op de kwaliteit van het hout, spint is niet toegestaan want dat is extra risicovol. Het kost wellicht iets meer maar je hebt er wel langer plezier van want hout dat helemaal zwart uitslaat ziet er erg lelijk uit. Er bestaan intensieve behandelingen met lijnoliezeep, chloor en een combinatie met soda (calciumbicarbonaat), en er bestaan speciale merken anti-schimmel primers. Er is een document met normering opgesteld (NEN 350-2) betreffende de natuurlijke duurzaamheid van hout tegen schimmels bestaande uit vijf klassen, waarbij Douglas hout onder klasse 3 valt.

Spuugkever

Aphrophora permutata is een halfvleugelig insect uit Noord-Amerika (USA / Canada). Actief in staten zoals British Columbia, Idaho, Montana, Oregon. Deze insecten leven van het boomsap dat onder het schors zit. De larven leven onder de sparrenboomnaalden van de twijgjes aan de takken en op jonge groene kegels. Wanneer zijn het sap uit de tak zuigen en daar lucht in blazen ontstaat er een spuugnest. Dat nest beschermt de larve tegen kou en vijanden. In het spuug produceert de Spuugkever (Douglas-Fir Spittlebug) bacteriën die helpen om het boomsap beter te verteren. Bij sommige gevallen ontstaan er virussen maar bomen zijn niet echt vatbaar voor ziektes als gevolg van een virus, bepaalde gewassen wel. Deze kever wordt niet als een serieuze plaag beschouwd en is een vrij onschuldig insect. De eitjes van de nimfen worden in een naald gelegd, waarna ze uit komen. Dat vind plaatst in juni – juli, en ze komen uit in februari – maart. De volgroeide kever is van mei tot en met september te zien. Ze zijn in het begin van hun levensstadium transparant van kleur, en dit veranderd later naar groen en volwassen exemplaren hebben een bruine kleur die hun camoufleert op het schors van de boom tegen vogels en andere insecteneters. De Spuugkever leeft zoals zijn naam al doet vermoeden graag op de Douglas-Fir sparrenboom.

Taxonomie:

Dierenrijk: Dieren.
Subrijk: Bilateria.
Infrarijk: Protostomia Superphylum ecdysozoa.
Phylum Arthropoda: Arthropods.
Subphylum Hexapoda: hexapods.
Klasse Insect: Insecten.
Subklasse: Pterygota, Gevleugelde insecten.
Infraklasse: Neoptera, moderne, vleugelvouwende insecten.
Superorde: Paraneoptera.
Orde: Hemiptera Linnaeus, hemipteranen.
Suborde: Auchenorrhyncha.
Infraorde: zingcicadeachtigen.
Superfamilie: Cercopoidea Leach.
Familie: Aphrophoridae Amyot en Serville.
Onderfamilie: Aphrophorinae Licent.
Stam: Aphrophorini Lallemand.
Geslacht: Aphrophora Germar.
Soort: Aphrophora permutata Uhler, wetenschappelijk gepubliceerd in 1876 – Douglas-spar spittlebug.

Pseudotsuga menziesii

Pseudotsuga is afgeleid van het Griekse pseudo (vals) en tsuga, m.a.w. verwant aan Tsuga (een geslacht uit de dennenfamilie). 
Vanwege zijn afwijkende kegels werd de Douglasspar in 1867 onder in het geslacht Pseudotsuga als Pseudotsuga douglasii vermeld. IUCN-status: Niet bedreigd.

Frysk: Douglasspjirre
Français: Sapin de Douglas (Sapin de l’Oregon)
English: Douglas fir
Deutsch: Douglasfichte / Douglasie

Ondersoorten:

Pseudotsuga menziesii ‘albospica’

Pseudotsuga menziesii ‘anguina’

Pseudotsuga menziesii ‘appressa’

Pseudotsuga menziesii ‘argentea’

Pseudotsuga menziesii ‘argentea compacta’

Pseudotsuga menziesii ‘argentea pendula’

Pseudotsuga menziesii ‘aurea’

Pseudotsuga menziesii ‘aureovariegata’

Pseudotsuga menziesii ‘blue wonder’

Douglasspar; blauwgrijze naalden; opgaande, losse groei
De hoogte na 10 jaar is 3 meter.
Deze plant is zeer winterhard.
Groei: 1 tot 6 inch (2,5 – 15 cm) per jaar / 1 tot 5 voet (0,3 – 1,5 m) na 10 jaar.

Pseudotsuga menziesii ‘brevifolia’

Pseudotsuga menziesii ‘ brooks’

Pseudotsuga menziesii ‘carnefix weeping’

Pseudotsuga menziesii ‘cedar ridge curly weeper

Pseudotsuga menziesii ‘cedar ridge gold’

Pseudotsuga menziesii ‘cedar ridge select’

Pseudotsuga menziesii ‘compacta’

Pseudotsuga menziesii ‘crispa’

Pseudotsuga menziesii ‘densa’

Pseudotsuga menziesii ‘denudata’

Pseudotsuga menziesii ‘dumosa’

Pseudotsuga menziesii ‘elegans’

Pseudotsuga menziesii ‘environmentals’

Pseudotsuga menziesii ‘faberi’

Pseudotsuga menziesii ‘fastigiata’

Pseudotsuga menziesii ‘fastigiata glauca’

Pseudotsuga menziesii ‘fat doug’

Pseudotsuga menziesii ‘fletcheri’

Pseudotsuga menziesii ‘foxy fir’

Pseudotsuga menziesii ‘fretsii’

Pseudotsuga menziesii ‘glauca’

Pseudotsuga menziesii ‘glauca pendula’

Douglasspar met blauwe naalden / zilverachtig blauw gebladerte.
Treurvorm.
Positie: Volle zon of lichte, gevlekte schaduw.
Bodem: Goed gedraineerde, vruchtbare grond.
Winterhardheid: winterhard.
Snelheid van groei: langzaam.
Hoogte: tot 3 m (10 – 13 ft).
Verspreiding: 1,5 m (5 ft).

Pseudotsuga menziesii ‘globosa’

Pseudotsuga menziesii ‘grace’

Pseudotsuga menziesii ‘graceful grace’

Pseudotsuga menziesii ‘hess select blue’

Pseudotsuga menziesii ‘hillside gold’

seudotsuga menziesii ‘hillside pride’

Pseudotsuga menziesii ‘hillside yellow’

Pseudotsuga menziesii ‘holmstrup’

Pseudotsuga menziesii ‘holy family’

Pseudotsuga menziesii ‘hvozdany’

Pseudotsuga menziesii ‘idaho gem’

Pseudotsuga menziesii ‘idaho weeper’

Pseudotsuga menziesii ‘little jon’

Pseudotsuga menziesii loggerhead’

Pseudotsuga menziesii ‘marshall’

seudotsuga menziesii ‘var. menziesii’

Pseudotsuga menziesii ‘moerheimii’

Pseudotsuga menziesii ‘mucronata’

Pseudotsuga menziesii ‘mucronata compacta’

Pseudotsuga menziesii ‘nana’

Pseudotsuga menziesii ‘nana compacta’

Pseudotsuga menziesii ‘nidiformis’

Pseudotsuga menziesii ‘oak hill’

Pseudotsuga menziesii ‘oudemansii’

Pseudotsuga menziesii ‘parkland dwarf’

Pseudotsuga menziesii ‘pendula’

Pseudotsuga menziesii ‘pine grove gold’

Pseudotsuga menziesii ‘poncha’

Pseudotsuga menziesii ‘powell dhone’

Pseudotsuga menziesii ‘pumila’

Pseudotsuga menziesii ‘pygmaea’

Pseudotsuga menziesii ‘pyramidata’

Pseudotsuga menziesii ‘quaintance’

Pseudotsuga menziesii ‘seattle mountain’

Pseudotsuga menziesii ‘serpentine’

Douglasspar met gedraaide takken en een grillige groeivorm.
Middelgrote plant met sierlijk gedraaide takken. Solitaire plant.
Zijn relatief lage groeisnelheid maakt hem geschikt voor kleine tuinen. 
De hoogte na 10 jaar is 3 meter.
De naaldkleur is groen.
Aanbevolen aantal per vierkante meter : 1.
Positie: Volle zon of lichte, gevlekte schaduw.
Bodem: Goed gedraineerde, vruchtbare grond.
Winterhardheid: winterhard.
Gewoonte: Pseudotsuga menziesii ‘Serpentine’ wordt op de lange termijn een zeer kleine verwrongen boom.
Hoogte: tot 3 m (10 – 13 ft).
Verspreiding: 2,5 m (8 ft).

Pseudotsuga menziesii ‘skylands’

Pseudotsuga menziesii ‘skyline’

Pseudotsuga menziesii ‘ slavinii’

Pseudotsuga menziesii ‘ stairii’

Pseudotsuga menziesii ‘suringarii’

Pseudotsuga menziesii ’taranto’

Pseudotsuga menziesii ’tempelhof’

Pseudotsuga menziesii ’tempelhof compact’

Pseudotsuga menziesii ’torquis’

Pseudotsuga menziesii ’trunky’

Pseudotsuga menziesii ‘variegata’

Pseudotsuga menziesii ‘viminalis’

Pseudotsuga menziesii ‘wycoff big blue’

Pseudotsuga menziesii ‘wycoffs dwarf

David Douglas
1799 – 1834

Een Schotse botanicus, vooral bekend als de naamgenoot van de Douglas-spar. Hij werkte als tuinman en verkende de Schotse Hooglanden, Noord-Amerika en Hawaï.
Douglas was zeven jaar tuinman en leerde meer over plantencultuur aan de universiteit in Perth. Later mocht hij mee op een expedities. De Royal Horticultural Society stuurde hem op jacht naar planten in de Pacific Northwest.

Hij introduceerde de Douglasspar in 1827. Andere opmerkelijke introducties zijn Sitka Spruce, Sugar Pine, Western White Pine, Ponderosa Pine, Lodgepole Pine, Monterey Pine, Grand Fir, Noble Fir en verschillende andere coniferen. Zijn succes was boven verwachting; totaal introduceerde hij 240 soorten planten. In Hawaï zijn bij zijn graf ter herinnering Douglas-sparren geplant.

Hoewel de gewone naam Douglas-fir naar hem verwijst, eert de wetenschappelijke naam van de boom, Pseudotsuga menziesii botanicus Archibald Menzies. Verschillende Hawaiiaanse planten zijn naar hem vernoemd in eerdere taxonomieën, zoals Pandanus tectorius in het Hawaiiaans bekend als hala, soms met de naam Pandanus douglasii.

Archibald Menzies
1754 – 1842

Besteedde zijn aan botanica; hij zond planten en zaden naar Londen.
De Britse regering stuurde hem op expeditie als natuurwetenschapper.
Hij bracht een grote natuurwetenschappelijke verzameling planten mee terug naar Engeland, die door verschillende andere botanici werden beschreven. Diverse nieuwe soorten werden naar hem genoemd, onder meer de douglasspar (Pseudotsuga menziesii), Abutilon menziesii en Bonamia menziesii.

Wat is het verschil met Larikshout?

Het antwoord daarop is dat; Douglashout een diepere kleur, houtstructuur en hogere duurzaamheidsklasse (3) heeft dan dan regulier inlands Lariks (4), en dus een langere levensduur (15 versus 10 jaar). Van origine komt Oregon Pine uitsluitend uit Frankrijk en draagt de hoogste constructiehout kwaliteit (C24). Het word bij onze zagerij visueel gesorteerd en scheiden van lagere kwaliteiten. De sparrenboom groeit daar gelijkmatiger dan hier omdat het daar warmer is. Ook worden de bomen daar groter in diameter omdat het een oorspronkelijk groeigebied is, betere bodemvoeding heeft en niet recent is aangeplant. Een gevolg hiervan is dat de jaarringen beter verdeeld zijn dan Nederlands, Duits- en Oost-Europees hout. Wij garanderen u als douglas houtspecialist de voordeligste prijs – kwaliteit verhouding, elders goedkoper betekent vaak minder kwaliteit. Wij verkopen een mix van beide houtsoorten omdat deze bomen in de bossen van Frankrijk naast elkaar groeien. U kunt dit herkennen aan een gezonde kleurverhouding: 90% Douglas / 10% Lariks. Ziet u voor het merendeel een licht bleke witte kleur, dan wordt u misleid met het goedkopere Lariks (niet te verwarren met Siberisch Lariks, duurzaamheidsklasse 3). In de bossen van andere landen groeit namelijk geen mix van beide houtsoorten maar uitsluitend Lariks (Larix / Lorkenhout).